Werknemer stelt eigen urenoverzicht op. Moet de werkgever deze genoteerde overuren uitbetalen?
16 februari 2022
Onlangs heeft de rechtbank Overijssel deze vraag beantwoord (ECLI:NL:RBOVE:2022:345). Waar ging deze zaak over?
Deze zaak had betrekking op een werknemer die de functie van koerier vervulde. De afgesproken werkweek bestond gemiddeld uit twaalf uren. Volgens de werknemer werkte hij echter meer uren. De werknemer wilde deze overuren uitbetaald krijgen.
De werknemer had zijn gewerkte uren zelf bijgehouden en opgeschreven. De werknemer hield zijn uren bij vanaf het moment dat hij de auto bij zijn werkgever ophaalde tot het moment dat hij deze auto weer inleverde. Tussen partijen stond niet ter discussie dat de werknemer overuren maakte. Desondanks weigerde de werkgever deze overuren uit te betalen.
Volgens de werkgever was immers de afspraak gemaakt dat de werknemer deze overuren op een later moment als verlof kon opnemen, namelijk ’tijd-voor-tijd’. Ook zouden de genoteerde werktijden niet juist zijn. Volgens de werkgever was de starttijd 10:30 uur in plaats van de genoteerde 10:00 uur. Wat vond de rechter van dit verweer?
De rechtbank stelde vast dat de werknemer vanaf het begin van zijn dienstverband zijn uren nauwkeurig had bijgehouden. Hij heeft die uren ook steeds via WhatsApp toegezonden aan de werkgever gezonden. De werkgever heeft daarop niet concreet gereageerd met wat er volgens hem niet juist was aan de urenoverzichten. De werkgever heeft alleen aangegeven dat de starttijd 10:30 uur is in plaats van 10:00 uur.
De werkgever heeft in zijn eigen overzichten de standaardtijden van 10:30 tot ongeveer 15:30 uur gehanteerd en heeft de werktijd verminderd met een half uur pauze. Echter, de werknemer heeft tijdens de zitting onweersproken aangevoerd dat hij geen pauze nam. Gelet op de duidelijke begin- en eindtijden die de werknemer aan de werkgever doorgaf, mocht van de werkgever worden verwacht dat hij duidelijk aangaf waarom de uren van zijn werknemer niet klopten. Omdat de werkgever dat niet heeft gedaan, moet ervan worden uitgegaan dat de urenoverzichten van de werknemer juist zijn.
De werknemer had tijdens de zitting verder laten wetenΒ dat hij niet bekend was met de gestelde ’tijd-voor-tijd’ regeling. De werknemer ontkende dus deze regeling. De rechtbank stelde vast deze afspraak ook niet door de werkgever schriftelijk was bevestigd. De rechtbank kon daarom in deze procedure niet uitgaan van het bestaan van een dergelijke afspraak. Maar mocht deze afspraak al komen vast te staan, dan geldt overigens nog steeds dat de gemaakte overuren (tijd voor tijd) bij het einde van het dienstverband alsnog moeten worden uitbetaald, aldus de rechtbank.
Kortom, de werkgever moest de door de werknemer zelf genoteerde overuren toch uitbetalen.
Als een werkgever dus zelf genoteerde urenoverzichten van haar werknemers ontvangt, die niet blijken te kloppen, dan is het raadzaam om hierop spoedig en adequaat te reageren.
Gepubliceerd op LinkedIn: 16 februari 2022.