Valt een rijopleiding onder kosteloos aan te bieden scholing?
6 juli 2023
Sinds augustus 2022 zijn de wettelijke bepalingen over scholing veranderd. Er heerst nog altijd onduidelijkheid hierover. Wat valt nu onder verplichte scholing (die kosteloos moet worden aangeboden) en belangrijker; wanneer gelden de uitzonderingen? In een eerdere blog hebben we hierover al het een en ander uitgelegd.
Uitzondering
Scholing die nodig is voor het verkrijgen van een certificaat of diploma waarover de werknemer bij eerste aanvang van de werkzaamheden dient te beschikken (de opleiding tot een beroepskwalificatie) valt niet onder verplichte scholing die kosteloos moet worden aangeboden, tenzij de werkgever verplicht is die aan te bieden op grond van een collectieve arbeidsovereenkomst of wettelijke bepaling.
Casus
Stel: een werkgever neemt een werknemer aan in de functie van interieur hersteller waarbij in de arbeidsovereenkomst is overeengekomen dat aan de werknemer een auto ter beschikking wordt gesteld om (potentiële) klanten te bezoeken en dat daarvoor een rijbewijs B vereist is. Werknemer heeft geen rijbewijs. Werkgever betaalt de kosten voor het behalen van het rijbewijs maar als de werknemer binnen drie jaar na het behalen van het rijbewijs vertrekt, moet hij de volledige kosten terugbetalen. Werknemer vertrekt na twee jaar en moet alle kosten terugbetalen. Mag dit?
Ja! Zo oordeelde de rechtbank Midden-Nederland. Volgens de rechter is de rijopleiding tot het behalen van het rijbewijs B geen scholing die volgens artikel 7:611a BW kosteloos moet worden aangeboden. Uit de wetsgeschiedenis blijkt dat een opleiding tot een beroepskwalificatie niet onder het wettelijke scholingsartikel valt. Voor de term beroepskwalificatie wordt aangesloten bij de Beroepskwalificatierichtlijn (Richtlijn 2005/36/EG). Een opleiding tot een beroep genoemd in die richtlijn valt dan niet onder verplichte scholing en hoeft niet kosteloos te worden aangeboden. Volgens de rechter mag worden aangenomen dat in beginsel ook de kosten voor andere kwalificatiediploma’s zoals de kosten van het halen van het rijbewijs voor een werknemer die als chauffeur wordt geworven, niet onder de vergoedingsplicht van de werkgever vallen. De werknemer is niet alleen aangenomen als zelfstandig meubelhersteller maar ook specifiek om op bezoek te gaan bij klanten. Daarvoor is niet alleen het vak van meubelhersteller noodzakelijk maar óók moest de werknemer zich kwalificeren als chauffeur bij aanvang van de functie.
Conclusie
Werkgever mocht dus alle kosten terugvorderen die waren gemaakt voor de rijopleiding. Hierbij hoefde ook geen rekening te worden gehouden met een glijdende schaal – zoals volgens vaste rechtspraak vereist is bij een studiekostenbeding – omdat de regeling voor de rijopleiding volgens de rechter niet als studiekosten in de zin van de wet kwalificeert. Of deze overweging juist is, is nog de vraag. Het lijkt erop dat de rechter hiermee te kort door de bocht gaat. We houden u uiteraard op de hoogte van ontwikkelingen.
Gepubliceerd op LinkedIn, 6 juli 2023