Skip to main content

Het belang van de arbocatalogus mag niet onderschat worden

1 september 2014

Het valt voor werkgevers niet mee om hun weg te vinden in het oerwoud van wetten en regels waarmee zij rekening moeten houden bij het voeren van een adequaat arbeidsomstandighedenbeleid. Zo moeten werkgevers niet alleen rekening houden met de formele wettelijke bepalingen, zoals te vinden in onder meer de Arbeidsomstandighedenwet, het Arbeidsomstandighedenbesluit en de Arbeidsomstandighedenregeling. Werkgevers moeten daarnaast ook rekening houden met normen die uit andere bronnen voortvloeien, zoals NEN-normen, normen die zijn opgenomen in een toepasselijke cao en normen die voortvloeien uit arbocatalogi.

In deze bijdrage staat het belang centraal van de normen uit deze laatste bron, de arbocatalogus. Werkgevers moeten het belang hiervan niet onderschatten. Zoals hierna zal blijken, nemen rechters de inhoud van een arbocatalogus vaak mee bij hun overwegingen en kan het niet in acht nemen van een arbocatalogus tot aansprakelijkheid van of boeteoplegging aan de werkgever leiden.

Arbocatalogus; wat is het?
De term “arbocatalogus” komt in de Arbowet niet voor. Er is dus geen definitie die bepaalt wat onder een arbocatalogus moet worden verstaan. De wetgever heeft echter wel in de toelichting op een eerdere wijziging in de Arbowet aangegeven dat er arbocatalogi gemaakt kunnen worden om nadere invulling te geven aan de doelvoorschriften van de Arbowet.

De Arbowetgeving bestaat uit doelvoorschriften. Dat wil zeggen dat de Arbowetgeving voorschrijft welk doel er bereikt moet worden maar niet hoe werkgevers dat doel moeten bereiken. Vaak zijn de doelen die bereikt moeten worden zeer globaal geformuleerd. Zo komen in de Arbowetgeving regelmatig termen voor als “voldoende”, “deugdelijk”, “doeltreffend” en “adequaat”. Door middel van de arbocatalogus kunnen werkgever en werknemers binnen hun branche of sector afspreken hoe zij aan de doelvoorschriften uit de arbowetgeving willen en zullen voldoen.

Een arbocatalogus kan schriftelijk maar ook digitaal vorm gegeven worden. Meestal komt een arbocatalogus tot stand door overleg tussen de partijen die ook bij de cao-onderhandelingen betrokken zijn (ofwel: tussen de sociale partners). Dat hoeft echter niet altijd het geval te zijn. Het opstellen van een arbocatalogus is niet verplicht. Zoals hiervoor al werd gezegd, noemt de wetgever de arbocatalogus niet als een verplichting. Een arbocatalogus is dus niet zozeer een verplichting voor werkgevers maar vooral een mogelijkheid om zelf te bepalen met welke maatregelen zij de doelvoorschriften uit de Arbowet binnen hun branche zullen realiseren.

Arbocatalogi zijn onderling behoorlijk verschillend voor wat betreft hun kwaliteit, maar hebben met elkaar gemeen dat zij eigenlijk allemaal concrete en praktische handleidingen, oplossingen en normeringen formuleren die bijdragen aan veilig en gezond werken en die de risico’s zoveel mogelijk wegnemen of beperken.

Toetsing door Inspectie SZW
Als binnen een bepaalde branche of sector een arbocatalogus is opgesteld dan kan de branche of de sector deze ter toetsing voorleggen aan de Inspectie SZW. De inspectie toetst een arbocatalogus niet uitgebreid. De toets van de Inspectie SZW beperkt zich tot de volgende punten:

  • Is beschreven voor welke sector/branche de arbocatalogus is bedoeld?
  • Vertegenwoordigen de opstellers representatief, de werkgevers en werknemers in deze sector of branche?
  • Is de catalogus beschikbaar voor en bekend bij alle werkgevers en werknemers in de betreffende sector of branche?
  • Wordt bij navolging van de inhoud van de arbocatalogus aan de doelvoorschriften van de Arbowetgeving voldaan? Dit punt wordt met een zogeheten quickscan getoetst.
  • Is de catalogus begrijpelijk, logisch en niet strijdig met de wet?

Op dit moment zijn er voor ruim 160 branches/sectoren arbocatalogi tot stand gebracht die door de Inspectie SZW zijn goedgekeurd. Al deze arbocatalogi zijn te vinden op www.arboportaal.nl

Niet verplicht, wel verstandig
Zoals al gezegd, is het opstellen van een arbocatalogus niet verplicht. Toch heeft het wel belangrijke voordelen om binnen een bepaalde branche of sector over een arbocatalogus te beschikken.

Het eerste, en voor werkgevers wellichte belangrijkste,  voordeel is dat de Inspectie SZW bij het toezicht en de handhaving van de Arbowetgeving belangrijke waarde toekent aan goedgekeurde arbocatalogi. Werkgevers die de maatregelen uit een arbocatalogus hebben doorgevoerd zullen “gevrijwaard” worden van de sancties, die uit niet-naleving van de Arbowetgeving kunnen voortvloeien. Bij de handhaving beschouwt de Inspectie SZW de inhoud van de arbocatalogus namelijk als normstellend.

Een tweede voordeel is dat de Inspectie SZW zich bij haar toezichthoudende taak zal concentreren op sectoren waarin geen arbocatalogus geldt. Anders gezegd: sectoren die wel over een arbocatalogus beschikken, zullen door de Inspectie SZW minder gecontroleerd worden. Deze eerste twee voordelen, brengen wel met zich mee dat een arbocatalogus geen vrijblijvend document is. Als er in een bepaalde sector of branche een arbocatalogus geldt, dan zullen de werkgevers in die betreffende sector of branche zich ook aan de normen van die arbocatalogus moeten houden. Als een werkgever afwijkt van de arbocatalogus dan heeft dat tot gevolg dat de werkgever moet aantonen dat de afwijkende maatregel een voldoende adequate maatregel is die voldoet aan het beschermingsniveau dat uit de arbocatalogus voortvloeit. De werkgever loopt in dat geval dus een bewijsrisico.

Naast de eerste twee voordelen, kan ook als voordeel gezien worden dat een arbocatalogus ertoe bijdraagt dat alle ondernemingen binnen een bepaalde branche of sector een gelijk of gelijkwaardig niveau van maatregelen hanteert voor veilig en gezond werken. Hierdoor kan concurrentie op arbeidsvoorwaarden grotendeels worden voorkomen. Bovendien kan een arbocatalogus bijdragen

aan het imago van een bepaalde branche of sector waardoor de werkgevers binnen die branche of sector weer interessanter worden voor nieuwe werknemers. Immers, de branche of sector laat met een arbocatalogus zien dat zij veilig en gezond werken zeer serieus neemt.

De rol van de arbocatalogus in de rechtspraak
Hoewel het aantal gepubliceerde zaken in de rechtspraak waarin een arbocatalogus een rol speelt beperkt is, valt er wel een voorzichtige conclusie te trekken uit deze uitspraken. De gepubliceerde uitspraken laten zien dat een arbocatalogus op twee verschillende (rechts)gebieden een belangrijke rol kan spelen. Enerzijds zien de uitspraken op kwesties van werkgeversaansprakelijkheid. Anderzijds zien de uitspraken op kwesties waarin de Inspectie SZW handhavend heeft opgetreden.

De arbocatalogus en werkgeversaansprakelijkheid
In het kader van het belang van de arbocatalogus in kwesties van werkgeversaansprakelijkheid zijn twee uitspraken van begin 2012 relevant.

Arbeidsongeval tijdens een les
De eerste uitspraak betreft een uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage van 12 januari 2012. In deze uitspraak gaat het om een docente op een gymnasium. Deze docente is tijdens een lesuur van een verhoging afgestapt waarbij zij ongelukkig is terecht gekomen en waardoor zij uiteindelijk een hernia heeft opgelopen. De verhoging was circa 20 tot 30 cm hoog en was oorspronkelijk in het leslokaal geplaatst om een vorige, inmiddels gepensioneerde, docente in staat te stellen haar werkzaamheden te kunnen uitvoeren (zij had een oogafwijking en dat maakte de verhoging kennelijk noodzakelijk). De docente heeft het gymnasium op grond van artikel 7:658 BW aansprakelijk gesteld voor de gevolgen van het ongeluk. ‘

De kantonrechter oordeelt allereerst dat een werkgever op grond van artikel 7:658 BW een zorgplicht heeft om zodanige maatregelen te treffen als redelijkerwijs nodig is om te voorkomen dat de werknemer in de uitoefening van het werk schade lijdt. Vervolgens oordeelt de kantonrechter dat de omvang van de zorgplicht van de werkgever wordt bepaald door hetgeen op grond van de regelgeving op het terrein van de arbeidsomstandigheden van de werkgever wordt gevergd. Tot slot oordeelt de kantonrechter dat het gymnasium met de inrichting van het leslokaal niet voldeed aan hetgeen op grond van de regelgeving op het terrein van de arbeidsomstandigheden van de werkgever wordt gevergd, omdat “op grond van de Arbocatalogus geldt dat theorielokalen – waaronder het onderhavige lokaal gerangschikt kan worden – zodanig ingericht dienen te zijn, dat de kans op ongelukken zo gering mogelijk is.”.

De kantonrechter verwijst in zijn oordeel dus expliciet naar de arbocatalogus die van toepassing is. Hoofdzakelijk omdat het lokaal niet voldeed aan de vereisten uit de arbocatalogus komt de kantonrechter tot de conclusie dat het gymnasium haar zorgplicht heeft geschonden en acht hij het gymnasium aansprakelijk voor de schade van de docente.

Niet aan zorgplicht voldaan
De tweede uitspraak die relevant is, is de uitspraak van het Gerechtshof Leeuwarden van 28 februari 2012. In deze uitspraak gaat het om een werkneemster van een trainingstal voor paarden. De werkneemster heeft op een dag een paard uit een vrachtwagen willen leiden. Zij is in de vrachtwagen achter het paard gaan staan en heeft het paard naar voren proberen te leiden. Het paard is echter achteruit gelopen en door zijn hoeven gegaan. Daarbij is de pols van de werkneemster, naar haar eigen zeggen, klem komen te zitten onder het staartbeen van het paard. De pols is daarbij geblesseerd en uiteindelijk is aan de werkneemster na twee jaar ziekte een WIA-uitkering toegekend op basis van een arbeidsongeschiktheidspercentage van 80-100%. De werkneemster stelt de trainingstal aansprakelijk voor haar schade op grond van onder meer artikel 7:658 BW.

In eerste instantie heeft de kantonrechter de vordering van de werkneemster afgewezen. De kantonrechter oordeelde dat de trainingsstal aan haar zorgplicht had voldaan. De werkneemster is echter tegen deze uitspraak in hoger beroep gegaan, en niet zonder succes. Het Gerechtshof Leeuwarden geeft de werkneemster namelijk gelijk en oordeelt dat de trainingstal niet aan haar zorgplicht heeft voldaan. In de onderbouwing van deze uitspraak verwijst het Gerechtshof onder meer naar de Arbo Catalogus Paardenhouderij. Daarin staat het risico van bekneld raken expliciet benoemd. Tevens staat daarin dat een paard in principe niet van achteren benaderd moet worden en dat er een stang achter het paard geplaatst moet worden om te voorkomen dat het paard achteruit komt. Het Gerechtshof concludeert dat de trainingstal de werkneemster niet op het risico heeft gewezen dat het paard naar achteren zou kunnen komen en dat zij de werkneemster ook niet heeft geïnstrueerd om veiligheidsmaatregelen te treffen. Om deze reden heeft de trainingstal volgens het Gerechtshof niet aan haar zorgplicht voldaan en is zij aansprakelijk voor de schade van de werkneemster.

Het bijzondere aan de uitspraak van het Gerechtshof is dat de arbocatalogus op het moment van het ongeval nog niet van toepassing was en ook nog niet was gepubliceerd. Toch is (de inhoud van) de arbocatalogus voor het Gerechtshof een belangrijk argument voor de conclusie dat de trainingstal niet aan haar zorgplicht heeft voldaan. Het Gerechtshof oordeelt op dit punt dat de normen en maatregelen die in de (latere) arbocatalogus zijn opgetekend de weerslag vormen van de al lang bekende risico’s en de al lang bekende en bestaande mogelijkheden en maatregelen om die risico’s te beheersen. De arbocatalogus werpt in aansprakelijkheidskwesties zijn schaduw dus vooruit.

De arbocatalogus en handhaving door de Inspectie SZW
Ook in het kader van het belang van de arbocatalogus in kwestie van handhaving door de Inspectie SZW zijn twee uitspraken relevant.

Uitstoot DME dieselmotor te hoog
De eerste uitspraak betreft een uitspraak van de rechtbank Arnhem van 11 februari 2009. In deze uitspraak gaat het om een eis tot naleving die de Inspectie SZW (destijds nog: de Arbeidsinspectie) heeft opgelegd aan Afvalverwijdering Rivierenland. Afvalverwijdering Rivierenland is verantwoordelijk voor het inzamelen en verwerken van bedrijfsafval en huishoudelijk afval. Bij een inspectie heeft de Inspectie SZW geconstateerd dat in de overslaghal, waar werknemers aanwezig zijn, gebruik werd gemaakt van mobiele arbeidsmiddelen, aangedreven door een dieselmotor. Dieselmotoren veroorzaken dieselmotoremissies (DME) wat een kankerverwekkende stof is. Er werd door Afvalverwijdering Rivierenland geen gebruik gemaakt van adequate arbeidsmiddelen om de uitstoot van DME te beperken, bijvoorbeeld door het plaatsen van roetfilters. Vandaar dat de Inspectie SZW een eis tot naleving oplegde met de verplichting om de uitstoot van DME met zeventig procent te verminderen.

Afvalverwijdering Rivierenland was het niet eens met de eis tot naleving, vooral niet met het percentage waarmee zij de uitstoot moest terugdringen. Daarbij voerde Afvalverwijdering Riverienland aan, althans zo lijkt uit de uitspraak te volgen, dat de uitstoot inmiddels al aanzienlijk was teruggebracht tot onder de grenswaarde die in de (latere) arbocatalogus was afgesproken.

De rechtbank komt tot een snel en simpel oordeel: aangezien op het moment van de inspectie de uitstoot te hoog was, was de eis tot naleving terecht. Het feit dat Afvalverwijdering Rivierenland later maatregelen heeft genomen en dat later een arbocatalogus tot stand is gekomen met grenswaarden, maakt niet dat de eis tot naleving ten onrechte is opgelegd. In dit geval, in tegenstelling tot de uitspraak van het Gerechtshof Leeuwarden in de kwestie van werkgeversaansprakelijkheid, is dus niet relevant dat er na het geconstateerde feit een arbocatalogus tot stand is gekomen.

Ten onrechte boete Inspectie SZW
De tweede uitspraak betreft opnieuw een uitspraak van de rechtbank Arnhem, maar nu van 31 juli 2012. Ook in deze uitspraak gaat het over een bedrijf in de afvalverwerking. Een werknemer van Sita Recycling is tijdens het legen van een afvalcontainer met zijn linkerarm in het beladingssysteem van een afvalperswagen bekneld geraakt. De werknemer is 24 uur ter observatie in het ziekenhuis opgenomen. Vanwege deze ziekenhuisopname was Sita Recycling op grond van artikel 9 van de Arbowet verplicht om het arbeidsongeval te melden bij de Inspectie SZW. Hoewel dat in de uitspraak niet wordt vermeld, zal de Inspectie SZW waarschijnlijk op deze manier bekend zijn geraakt met het arbeidsongeval. De Inspectie SZW heeft onderzoek gedaan naar het arbeidsongeval en heeft Sita Recycling uiteindelijk een boete opgelegd van € 13.500 aangezien Sita Recycling de afvalperswagen niet van zodanige schermen of beveiligingsinrichtingen zou hebben voorzien dat gevaar daarmee zoveel zou zijn voorkomen. Nadat Sita Recycling eerst tevergeefs bij de Inspectie SZW bezwaar had gemaakt tegen de boete, gaat zij in beroep bij de rechtbank.

Bij de rechtbank heeft Sita Recycling aangevoerd dat zij alle veiligheidsmaatregelen heeft genomen die van haar verwacht mochten worden. In het bijzonder wijst Sita Recycling op de arbocatalogus die voor haar branche van toepassing is, de Arbo Catalogus Afvalbranche. Sita Recycling wijst er op dat zij de maatregelen heeft opgevolgd zoals die ten aanzien van het risico van beknellingsgevaar genoemd zijn in de arbocatalogus. Zo is de afvalperswagen onder andere voorzien van een CE-markering, vergezeld van een EG-verklaring van overeenstemming, en voldoet het aan de toepasselijke NEN-normen.

De rechtbank komt tot de conclusie dat de Inspectie SZW in dit geval ten onrechte een boete heeft opgelegd. Volgens de rechtbank heeft Sita Recycling gebruik gemaakt van een deugdelijk arbeidsmiddel en heeft zij duidelijke instructies gegeven over het gebruik daarvan. Daarbij noemt de rechtbank expliciet dat Sita Recycling de instructies heeft gegeven op basis van de arbocatalogus,  wat voor de rechtbank dus kennelijk een belangrijk aspect is. Al met al is het arbeidsongeval volgens de rechtbank voornamelijk te wijten aan onvoldoende discipline van de werknemer bij het volgen van de veiligheidseisen en de veiligheidsinstructies, maar is van een overtreding van de Arbowet door Sita Recycling geen sprake. De boete van € 13.500 hoeft Sita Recycling niet te betalen en de Inspectie SZW moet (een deel van) de proceskosten aan Sita Recycling vergoeden.

Conclusie: onderschat het belang van de arbocatalogus niet
De hiervoor besproken uitspraken maken duidelijk dat het wel of juist niet volgen van een toepasselijke arbocatalogus voor werkgevers grote gevolgen kan hebben. Aan de ene kant kan het correct opvolgen van de voorschriften uit een toepasselijke arbocatalogus er voor zorgen dat een werkgever aan de zorgplicht voldoet en dus niet, of minder snel, aansprakelijk is voor schade die een werknemer bij de uitoefening van de werkzaamheden lijdt. Ook kan dit er voor zorgen dat minder snel sprake is van een (beboetbare) overtreding van de Arbowet.

Aan de andere kant kan het niet (correct) opvolgen van de voorschriften uit een toepasselijke arbocatalogus ertoe leiden dat een werkgever juist niet aan de zorgplicht voldoet en dus eerder aansprakelijk is voor de schade van een werknemer op grond van artikel 7:658 BW. Bovendien kan dit er ook voor zorgen dat bij een werkgever eerder sprake is van een (beboetbare) overtreding van de Arbowet. Afgezien van deze juridische aspecten zorgt een werkgever er met het in acht nemen van een arbocatalogus natuurlijk ook gewoon voor dat er binnen het bedrijf zo veilig en gezond mogelijk wordt gewerkt. Dat is uiteindelijk voor alle partijen het beste. Van een gezonde en veilige werkomgeving plukt iedereen de vruchten.

Gepubliceerd in: Personeel & Recht, 1 september 2014

Nieuws & Kennis

AlgemeenWorkshops en opleidingen
28 augustus 2024

Event 8 mei 2025: 20-jarig jubileum WVO Advocaten!

JTVCc2hvd3NjYXRzJTVEHoud deze website s.v.p. in de gaten voor nadere informatie.
AlgemeenArbeidsrechtSamantha Kranenburg
20 december 2024

Dilemma Vrijdag 😎

JTVCc2hvd3NjYXRzJTVE I𝐧 𝐝𝐞 𝐚𝐫𝐛𝐞𝐢𝐝𝐬𝐨𝐯𝐞𝐫𝐞𝐞𝐧𝐤𝐨𝐦𝐬𝐭 𝐧𝐞𝐞𝐦 𝐣𝐞 𝐞𝐞𝐧 𝐩𝐫𝐨𝐞𝐟𝐭𝐢𝐣𝐝𝐛𝐞𝐝𝐢𝐧𝐠 𝐨𝐩. 𝐃𝐞 𝐰𝐞𝐫𝐤𝐧𝐞𝐦𝐞𝐫 𝐨𝐧𝐝𝐞𝐫𝐭𝐞𝐤𝐞𝐧𝐭 𝐝𝐞 𝐚𝐫𝐛𝐞𝐢𝐝𝐬𝐨𝐯𝐞𝐫𝐞𝐞𝐧𝐤𝐨𝐦𝐬𝐭 𝐧𝐢𝐞𝐭, 𝐦𝐚𝐚𝐫 𝐠𝐚𝐚𝐭 𝐯𝐞𝐫𝐯𝐨𝐥𝐠𝐞𝐧𝐬 𝐰𝐞𝐥 𝐚𝐚𝐧…
AlgemeenArbeidsrechtPascal WillemsZiekte en verzuim
19 december 2024

Law Talk 107: Arbodienst aansprakelijk ivm mislopen no-risk polis?

JTNDaDMlMjBzdHlsZSUzRCUyMmNvbG9yJTNBJTIwJTIzMDA4YzliJTNCJTIyJTNFJTVCcG9zdF9wdWJsaXNoZWQlNUQlM0MlMkZoMyUzRQ==JTVCc2hvd3NjYXRzJTVEIn deze laatste aflevering van Law Talk in 2024 bespreken mr. Pascal Willems en mr. Natascha Schenk de uitspraak van…