Arboarts mag zich niet voordoen als bedrijfsarts
1 maart 2021
Op 5 februari 2021 heeft het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam (ECLI:NL:TGZRAMS:2021:19) een arboarts berispt (onder andere) omdat hij zich ten onrechte had voorgedaan als bedrijfsarts.
Wat speelde er?
De klager was op 3 juli 2019 uitgevallen op zijn werk met depressieve klachten en werd sinds juni 2019 voor deze klachten behandeld. Op 17 juli 2019 is de klager gezien door een bedrijfsarts. In de maanden hierna heeft de klager langzamerhand zijn werkzaamheden hervat, maar in december 2019 meldde hij zich opnieuw ziek vanwege depressieve klachten.
Op 28 januari 2020 heeft de klager een telefonisch consult bij de arboarts in kwestie gehad. De ‘Bijstelling probleemanalyse’ naar aanleiding van dit consult is door de arboarts ondertekend als bedrijfsarts. Zijn registratie als bedrijfsarts was de arboarts in verband met medische en persoonlijke omstandigheden per 1 december 2019 kwijtgeraakt. Ook een latere ‘Bijstelling probleemanalyse’ ondertekent de arboarts als bedrijfsarts.
In de uiteindelijk volgende tuchtprocedure wordt de arboarts onder andere verweten dat hij zich heeft voorgedaan als bedrijfsarts in plaats van arboarts. De arboarts erkent dat hij abusievelijk nog heeft ondertekend als bedrijfsarts, terwijl hij dat niet meer was.
Wie mag de titel van bedrijfsarts voeren?
Het eerste lid van artikel 17 lid 1 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) bepaalt dat het recht om een specialistentitel te voeren is voorbehouden aan degenen die zijn ingeschreven in het desbetreffende erkende specialistenregister. Het tweede lid van artikel 17 Wet BIG voegt hieraan toe dat het degene wie het recht tot het voeren van een krachtens de Wet BIG erkende specialisten-titel niet toekomt op grond van het eerste lid, verboden is deze titel of een daarop gelijkende benaming te voeren.
Bedrijfsartsen zijn in het BIG-register te vinden als ‘arts’ met specialisme ‘arbeid en gezondheid – bedrijfsgeneeskunde’. Arboarts is geen synoniem is voor bedrijfsarts. Een arboarts is een basisarts.
Wat oordeelt het tuchtcollege?
Het tuchtcollege oordeelt dat door het ondertekenen van de ‘Bijstelling probleemanalyse’ van zowel 28 januari 2020 als 21 april 2020 als bedrijfsarts, de arboarts zich ten onrechte heeft voorgedaan als bedrijfsarts. De omstandigheid dat het woord ‘bedrijfsarts’ in dit formulier voorgedrukt staat, doet daar niet aan af. Van een professioneel handelende arboarts mag worden verwacht dat hij erop let in welke hoedanigheid hij een formulier ondertekent en dit, indien nodig, wijzigt. Het tuchtcollege acht dit klachtonderdeel gegrond.
De arboarts had het ook op andere punten niet goed gedaan. Zo had de arboarts ten onrechte niet onder supervisie van een bedrijfsarts gewerkt, had de arboarts een onvolledig onderzoek verricht door geen informatie bij de behandelaars op te vragen en had de arboarts onvoldoende gemotiveerd waarom hij het advies van de second opinion arts naast zich neergelegd had.
Het tuchtcollege oordeelde dat de arboarts met betrekking tot het voorgaande in strijd had gehandeld met de zorg die hij ingevolge artikel 47 lid 1 Wet BIG jegens de klager had behoren te betrachten. Het tuchtcollege merkt de gemaakte tuchtrechtelijke verwijten aan als ernstig. Bovendien had de arboarts onvoldoende blijk gegeven op zijn handelen te hebben gereflecteerd. Volgens het tuchtcollege zag de arboarts nog altijd niet in dat zijn gedragingen kwalijk zijn geweest. Het tuchtcollege legt daarom aan de arboarts een berisping op.
Gepubliceerd op LinkedIn op 1 maart 2021