OR: let op met gedeeltelijk instemmen!
14 oktober 2020
In artikel 27 Wet op de Ondernemingsraden (WOR) is het instemmingsrecht van de ondernemingsraad (OR) neergelegd. Er wordt in deze bepaling een opsomming gegeven van regelingen die – kort gezegd – zien op het sociale beleid in de onderneming en waarvoor instemming moet worden gevraagd aan de OR als de ondernemer een dergelijke regeling wil vaststellen, wijzigen of intrekken. Wat je in de praktijk wel ziet is dat een OR het gedeeltelijk eens is met een voorgenomen besluit tot wijziging. De OR kiest er dan soms voor om met bepaalde onderdelen van het besluit in te stemmen en om dus instemming te geven onder voorwaarden (‘instemming, mits…’). Dit is dan bedoeld als een positief signaal: de instemming wordt gegeven, mits er nog een paar zaken worden aangepast of aangevuld. Maar, is dit wel altijd verstandig?
In ieder geval pakte dit niet gunstig uit voor een OR die gedeeltelijk had ingestemd met het besluit om over te stappen naar een ander pensioenfonds. De OR had namelijk ook aangegeven dat hij ten aanzien van vijf andere onderwerpen niet kon instemmen met het besluit en dat hij bereid was over die onderwerpen, waaronder de garantie hoogte pensioen en premieverdeling werkgever en werknemer, nog met de ondernemer te onderhandelen.Β Partijen zijn vervolgens echter niet tot een compromis gekomen. De OR start daarna een procedure en vraagt de kantonrechter om de ondernemer te verplichten zich te onthouden van handelingen die strekken tot uitvoering of toepassing van het nietige besluit, meer specifiek ten aanzien van de vijf onderwerpen waarover geen overeenstemming is bereikt. Nu de OR op die specifieke punten geen instemming heeft verleend stelt hij zich in deze procedure op het standpunt dat de ondernemer ten aanzien van die punten geen uitvoeringhandelingen mag verrichten.
De OR vangt echter bot. De kantonrechter in Zwolle oordeelt namelijk dat de OR heeft ingestemd met het onderdeel van het besluit betreffende de keuze van de pensioenuitvoerder en het aangaan van de uitvoeringsovereenkomst. Ook ter zitting heeft de OR verklaard dat hij akkoord gaat met het contracteren door de ondernemer/werkgever met PME. Het besluit van de ondernemer om toe te treden tot het pensioenfonds PME, is daardoor niet nietig, aldus de kantonrechter. Met betrekking tot de vijf onderdelen waar de OR niet mee heeft ingestemd oordeelt de kantonrechter dat deze ofwel onlosmakelijk verbonden zijn met het besluit tot toetreding of, los daarvan, niet instemmingsplichtig zijn. De werkgever kan daarom niet veroordeeld worden om deze deelbesluiten niet uit te voeren.
Het was voor deze OR dan ook wellicht verstandiger geweest als hij het had omgedraaid: de OR geeft (nog) geen instemming, tenzij partijen het over de vijf andere onderdelen ook eens worden. Kortom: OR let goed op bij gedeeltelijk instemmen!
Gepubliceerd op LinkedIn, 14 oktober 2020